• Zondag 36 - A. Verheij HCB022836

Zondag 36 - A. Verheij

In Geestelijke Pelgrims


Inhoudsopgave
1. JAKOBS WORSTELING .   
Tekst: Genesis 32:30:
“En Jakob noemde den naam dier plaats Pniël: Want, zeide hij, ik heb God gezien van aangezicht tot aangezicht en mijn ziel is gered geweest”.
2. Christus een veilige toevlucht voor zijn volk
Tekst 1 Samuel 22:2:
"Entot hem vergaderden alle man die benauwdwas, en alle man die een schuldeiser had, en alle man wiens ziel bitterlijk bedroefd was, en hij werd tot overste over hen; zodat bij hem waren om¬trent vierhonderd mannen”.
3. DE bekering van koning manasse 
Tekst: 2 Kronieken 33:12 en 13:
“En als Hij hem benauwde, bad hij het aangezicht des HEEREN zijns Gods ernstiglijk aan en vernederde zich zeer voor het aan¬gezicht van den God zijner vaderen, En bad Hem; en Hij liet Zich van hem verbidden en hoorde zijn smeking, en Hij bracht hem weder te Jeruzalem in zijn koninkrijk”.
4. HERVORMINGSPREDIKATIE       
Tekst Prediker 9:14 en 15:
“Er was een kleine stad, en weinige lieden waren daarin; en een groot koning kwam tegen haar, en hij omsingelde haar en hij bouwde grote vastigheden tegen haar. En men vond daar een ar¬men wijzen man in, die de stad verloste door zijn wijsheid; maar
geen mens gedacht denzelven armen man”.
5. DE KOETS VAN SALOMO   
Tekst: Het Hooglied van Salomo hoofdstuk 3 vers 9:
“De koning Salomo heeft zich een koets gemaakt van het hout van Libanon ”.
6. DE KOETS VAN SALOMO EN HAAR BOUWSTOFFEN 
Tekst het Hooglied van Salomo 3:10:
“De pilaren derzelve maakte hij van zilver, haar vloer van goud, haar gehemelte van purper; het binnenste was bespreid met de liefde van de dochteren van Jeruzalem ”.
7. HET BLOEDIG LIJDEN VAN CHIUSTUS    
Tekst: Mattheüs 26:1-5:
“En het is geschied, als Jezus al deze woorden geëindigd had, dat Hij tot Zijn discipelen zeide: Gij weet, dat na twee dagen het pascha is, en de Zoon des mensen zal övergeleverd worden om gekruisigd te worden. Toen vergaderden de overpriesters en de schriftgeleerden en de ouderlingen des volks in de zaal des hoge¬priesters, die genaamd was Kajqfas; En beraadslaagden te za¬men, dat zij Jezus met listigheid vangen en doden zouden. Doch zij zeiden: Niet in het feest, opdat er geen oproer worde onder het volk”.
8. HET VERRAAD VAN JUDAS 181
Tekst: Mattheüs 26:14 t/m 16:
“Toen ging een van de twaalve, genaamd Judas Iskdriot, tot de overpriesters, En zeide: Wat wilt gij mij geven, en ik zal Hem u overleveren? En zij hebben hem toegelegd dertig zilveren pen-ningen. En van toen af zocht hij gelegenheid, opdat hij Hem over-leveren mocht".
9. JEZUS MAAKT JUDAS OPENBAAR     
Tekst: MattheüS 26:20 t/m 24:
“En als het avond geworden was, zat Hij aan met de twaalve. En toen zij aten, zeide Hij: Voorwaar Ik zeg u, dat een van u Mij zal verraden. En zij zeer bedroefd geworden zijnde, begon een iegelijk van hen tot Hem te zeggen: Ben ik het, Heere? En Hij antwoordende zeide: Die de hand met Mij inden schotel indoopt, die zal Mij verraden. De Zoon des mensen gaat wel heen, gelijk van Hem geschreven is; maar wee dien mens, door welken de Zoon des mensen verraden wordt; het ware hem goed, zo die mens niet geboren ware geweest”.
10. CHRISTUS BESNEDEN OP DE ACHTSTE DAG  
Tekst: Lukas 2:21
“En als acht dagen vervuld waren, dat men het Kindeken besnijden zou, zo werd Zijn Naam genaamd JEZUS, welke genaamd was van den engel, eer Hij in het lichaam ontvangen was”.
11. AFSCHEIDSLEERREDE VAN DORDRECHT     
Tekst: Johannes 14:18a:
“Ik zal u geen wezen laten”.
12. JEZUS EN MARIA MAGDALENA   
Tekst: Johannes 20:11 tót 18:
“En Maria stond buiten bij het graf, wenende. Als zij dan weende, bukte zij in het graf, En zag twee engelen in witte klederen zitten, een, aan het hoofd en een aan de voeten, waar het lichaam Van Jezus gelegen had. En die zeiden tot haar: Vouw, wat weent gij?
Zij zeide tot hen: Omdat zij mijn Heere weggenomen hebben, en ik weet niet, waar zij Hem gelégd hebben. En als zij dit gezégd had, keerde zij zieh achterwaarts, en zag Jezus staan, en zij wist niet, dat het Jezus was. Jezus zeide tot haar: Vrouw, wat weent gij? Wien zoekt gij? Zij, menende dat het de hovenier was, zeide tot Hem: Heere, zo gij Hem weggedragen hebt, zeg mij, waar gij Hem gelegd hebt, en ik zal Hem wegnemen. Jezus zeide tot haar: Maria! Zij zich omkerende, zeide tot Hem: Rabbouni, hetwelk is gezegd: Meester. Jezus zeide tot haar: Raak Mij niet aan, wantik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader; maar ga heen tot Mijn broeders, en zeg hun: Ik vaar op tot Mijn Vader en uw Vader, en tot Mijn God en uw God. Maria Magdaléna ging en boodschapte de discipelen, dat zij den Heere gezien had, en dat Hij haar dit gezegd had”.
13. Jezus en thomas 293 Tekst: Johannes 20:28:
“En Thomas antwoordde eri zeide tot Hem: Mijn Heere en mijn God!”
14. De GELOOFSVRUCHT VAN Tekst: Johannes 20:29:
v Jezus zeide tot hem: Omdat gij Mij gezien hebt, Thomas, zo hebt gij gelöofd; zalig zijn zij, die niet zullen gezien hebben en nochtans zullen geloofd hebben ”
15. DE ZALIGE VERWACHTING DER VROMEN   
Tekst: Romeinen 8:18:
" Want ik houd het daarvoor, dat het lijden dezes tegenwoordige tijd niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden".
16. Het zaligmakend geloof   
Tekst: Romeinen 10:10:
"Want met het hart gelooft men ter rechtvaardigheid, en met de mond belijdt men ter zaligheid”.
Zondag 25 vraag 65:
“Vraag: Aangezien dan alleen het geloof ons Christus en al Zijn weldaden deelachtig maakt, vanwaar komt zulk geloof?
Antwoord: Van den Heiligen Geest, Die het geloof in onze harten werkt door de verkondiging des heïlgen Evangelies, en het sterkt door het gebruik der Sacramenten ”.
17. DE heiliging van gods naam ....   
Tekst: Deuteronomium 5:11:
“Gij zult den Naam des HEEREN uws Gods niet ijdellijk gebruiken, want de HEERE zal niet onschuldig houden den- gene die Zijn Naam ijdellijk gebruikt”
Zondag 36:
“vraag 99. Wat wil het derde gebod?

Antw. Dat wij niet alleen met vloeken öf met een valsen eed, maar ook met onnodig zweren, den Naam Gods niet lasteren noch misbruiken, noch ons met ons stilzwijgen en toe zien zulke schrikkelijke zonden deelachtig maken; en in kort, dat Wij den heïlgen Naam Gods anders niet dan met vreze en eerbied gebruiken, opdat Hij van ons recht beleden, aangeroepen, en in al onze woorden en werken geprezen worde.
Vraag 100. Is het dan zo grote zonden, Gods Naam met zweren en vloeken te lasteren, dat God Zich ook over diegenen vertoornt, die, zoveel als hun mogelijk is, het vloeken en zweren niet helpen weren en verbieden?
Antw. Ja gewisselijk; want er is geen groter zonde, nóch die God meer vertoornt, dan de lastering Zijns Naams; waarom Hij die ook met den dood te straffen bevolen heeft".

Nog geen beoordelingen voor dit product

Geef beoordeling

Om een beoordeling te schrijven moet u inloggen of zich registreren

Zondag 36 - A. Verheij

  • € 0,00

  • Prijs in spaarpunten: 22


Gerelateerde producten

Zondag 25 - A. Verheij

Zondag 25 - A. Verheij

Zondag 25 - A. VerheijIn Geestelijke PelgrimsInhoudsopgave1. JAKOBS WORSTELING . &nbs..

€ 0,00

Tags: Zondag 36, A. Verheij

Do NOT follow this link or you will be banned from the site!