H.C. Zondag 10

Zondag 10 van de Heidelbergse Catechismus


Deze zondag hoort bij hoofdstuk 3: Van God den Vader en onze schepping.
Er zijn 2 vragen en antwoorden in zondag 10: vraag 27 en vraag 28.

U ziet onder de producten de Leertekst en de zangtekst

Product vergelijk (0)


De troostrijke leer van Gods voorzienigheid - Ds. D. Hakkenberg

De troostrijke leer van Gods voorzienigheid - Ds. D. Hakkenberg

Hakkenberg, Ds. D.

De troostrijke leer van Gods voorzienigheid van ds. D. Hakkenberg De enige troost Bundel Catech..

€ 0,00

van de Voorzienigheid Gods - Ds. Woelderink

van de Voorzienigheid Gods - Ds. Woelderink

Woelderink, Ds. J.G., Berg, Ds. K.J. van den, ...

van de Voorzienigheid Gods - Ds. Woelderink Losse preken over de Heidelbergse Catechismus 1932-1936 ..

€ 0,00

Zondag 10 - Dr. P.A.E. Sillevis Smit

Zondag 10 - Dr. P.A.E. Sillevis Smit

Sillevis Smit, Dr. P.A.E.

Zondag 10 van Dr. P.A.E. Sillevis SmitMenigerlei Genade een bundel Catechismus leespreken van de Ger..

€ 0,00

Zondag 10 - Ds. G.R. Kuyper

Zondag 10 - Ds. G.R. Kuyper

Kuyper, Ds. G.R.

Zondag 10 - Ds. G.R. KuyperMenigerlei Genade 1926 een bundel Catechismus leespreken van de Gereforme..

€ 0,00

Weergeven 1 t/m 4 van in totaal 4

Vraag 27: Wat verstaat gij door de voorzienigheid Gods?
Antw.: De almachtige en alom tegenwoordige kracht Gods , door welke Hijhemel en aarde, mitsgaders alle schepselen, gelijk als met zijn hand nog onderhoudt, en alzo regeert , dat loof en gras, regen en droogte ,vruchtbare en onvruchtbare jaren, spijze en drank, gezondheid en krankheid, rijkdom en armoede , en alle dingen, niet bij geval, maar van zijn vaderlijke hand ons toekomen.

Vraag 28: Waartoe dient ons dat wij weten, dat God alles geschapen heeft en nog door zijn voorzienigheid onderhoudt?
Dat wij in allen tegenspoed geduldig , in voorspoed dankbaar zijn mogen , en in alles, dat ons nog toekomen kan, een goed toe voorzicht hebben op onzen getrouwen God en Vader , dat ons geen schepsel van zijn liefde scheiden zal, aangezien alle schepselen alzo in zijn hand zijn, dat zij tegen zijn wil zich noch roeren, noch bewegen kunnen.

Zondag 10
(Wijze; Psalm 68)


Vers 1
Voorzienigheid! Gods Vaderhand (Vraag 27.)
Houdt alles wat bestaat in stand:
Hij blijft het al regeren.
Elke jaar hergeeft Hij loof en gras.
De droogte of de regenplas:
Hij doet de jaren keren,
De jaargetijden stelt Hij daar,
Het vruchtbaar en onvruchtbaar jaar:
Het komt naar Zijn beschikking.
Hij geeft ons telkens spijs en drank.
Houdt ons gezond of maakt ons krank.
Geeft ons zoveel verkwikking.

Vers 2
Hij maakt de één door voorspoed rijk.
De ander maakt Hij arm, gelijk
Om geld en goed verlegen.
Nee, niets gebeurt er bij geval:
Zijn Vaderhand bestuurt het al,
Van Hem is alle zegen.
Daarom, al stormt het in 't gemoed: (Vraag 20.)
Geduldig zijn in tegenspoed,
Op God steeds blijven hopen;
In voorspoed dankbaar, telkens weer.
Een toe voorzicht op God de Heer':
Zijn hemd is nog open.

Vers 3
Gij, God en Vader, zijt zo trouw;
Wat is het dat ons scheiden zou
Van Uwe Vaderliefde?
Elk schepsel is in Uwe hand
En niemand, in zijn onverstand,
Die buiten U ons griefde.
De mens houdt op Uw Woord zich stil.
Niet één kan tegen Uwe wil
Zich roeren noch bewegen.
Ik Schuil bij U, bij U alleen,
Mijn Toeverlaat in tegen heen.
Gij schenkt in 't kruis de zegen.


Zondag 10
(Wijze: Psalm 74) Versie

Vers 1
Dit is de troost van Gods Voorzienigheid: (Vraag 27)
Al wat God schiep blijft Zijne hand regeren
Zijn grote macht is nimmer af te keren.
‘t is Zijne macht die alle dingen leidt. 

Vers 2
Voorzienigheid is Goddelijke kracht.
Z' is overal in hemel en op aarde.
Waardoor Hij Steeds al wat Hij schiep, bewaarde
En glanzen deed in Goddelijke pracht

Vers 3
Door deze kracht groeit toch de spijs voor 't oog;
Groent loof en gras in zachte zomerregen:
Dc milde drank verkondigt ons Zijn zegen
En dan weer is de aarde dor en droog.

Vers 4
Van Zijne hand; soms grote vruchtbaarheid.
Zijn goedheid wil ons in het leven sparen.
Zijn wijs bestel schenkt ons de kwade jaren,
Om het bestaan: een moeielijke strijd.

Vers 5
Zijn wijsheid werpt de mens op ‘t ziekbed neer,
Zijn wij gezond, ’t is enkel Zijne gave.
De één ontneemt Hij al zijn goed en have,
De ander geeft Hij rijkdom en ook eer.

Vers 6
't Komt alles van Zijn Vaderhand ons toe: (Vraag 28.)
Nooit bij geval geschieden zulke dingen.
'k Wil dankbaar zijn voor al Zijn zegeningen
En leren ook: het kussen van de roe.

Vers 7
Wij weten dat Zijn Vaderhand ons leidt.
Al komt het kruis, al komt de dood ons nader,
Toch toe voorzicht op onze God en Vader;
Wij hebben troost in Gods Voorzienigheid.

Vers 8
Geen schepsel roert zich zonder Zijne wil;
Zijn trouwe zorg blijft alle dingen leiden.
Geen schepsel kan ons van Zijn liefde scheiden.
Die wetenschap maakt onze ziel weer stil.

Do NOT follow this link or you will be banned from the site!