H.C. Zondag 35
Zondag 35 van de Heidelbergse catechismus
Deze zondag hoort bij hoofdstuk 4: Van de Wet.
Er zijn 4 vragen en antwoorden in zondag 35: vraag 94 t/m vraag 97.
Het tweede gebod - Ds. A.M. den Boer
Boer, Ds. A.M. denHet tweede gebod - Ds. A.M. den BoerDe enige troost Bundel Catechismus preken van verschillende pred..
€ 0,00
Vraag 94: Wat gebiedt God in het eerste gebod?
Antw.: Dat ik, zo lief als mij mijner ziele zaligheid is, alle afgoderij, toverij, waarzegging, superstitie of bijgeloof , aanroeping van de heiligen of van andere schepselen , mijde en vliede, en den enigen waren Godrecht lere kennen , Hem alleen vertrouwe , in alle ootmoedigheid en lijdzaamheid mij Hem alleen alles goeds verwachte, Hem van ganser harte liefhebbe , vreze en ere , alzo, dat ik eer van alle schepselen afgaan die varen late, dan dat ik in het allerminste tegen zijn wil doe.
Vraag 96: Wat eist God in het tweede gebod?
Antw.: Dat wij God in generlei wijze afbeelden , en op geen andere wijze vereren, dan Hij in zijn Woord bevolen heeft.
Vraag 97: Mag men dan ganselijk geen beelden maken?
Antw.: God kan noch mag in generlei wijze afgebeeld worden. Maar de schepselen, al is het dat zij mogen afgebeeld worden, zo verbiedt toch God, hun gebeeltenis te maken en te hebben, om die te vereren, of God daardoor te dienen.
Vraag 98: Maar zou men de beelden in de kerken als boeken der leken niet mogen dulden?
Antw,: Neen; want wij moeten niet wijzer zijn dan God, dewelke zijn Christenen niet door stomme beelden , maar door de levende verkondiging zijns Woords wil onderwezen hebben.
Zondag 35
(Wijze: Psalm 25)
Vers 1
Laat m' o God, U slechts vereren (Vraag 96.)
Zoals U ‘t bevolen heeft.
Nederig uit 't Schriftwoord leren
Welke wetten Gij mij geeft.
Alle eigenwilligheid (Vraag 97.)
In de kerk en in het leven
Is toch met Uw Woord in strijd.
Richt op U mijn hart en streven.
Vers 2
Arme mens, die, gans onkundig.
Knielen gaat voor 't stomme beeld.
Dat vereren en gaat dienen
En alzo zijn heil verspeelt!
O, gij denkt voorbij dit beeld
Kan ik Christus wel aanbidden.
Maar ofschoon gij het verheelt;
Jezus staat niet in het midden.
Vers 3
Niemand mag er wijzer wezen (Vraag 98.)
Dan zoals het God gebiedt
Stomme beelden m de kerken,
Nee, dat wil de Heere niet.
De verkondiging van ’t Woord,
Levendig steeds voorgedragen.
Dat moet in de kerk gehoord.
Want dat kan Hem slechts behagen.